Nederlandse schaatsen van het Noorse model

Metalen baanschaatsen werden in Nederland tot nog niet zo lang geleden aangeduid als 'stalen noren'. Ze danken deze naam aan de Noorse wedstrijdrijders Axel Paulsen en Harald Hagen, die ze rond 1885 introduceerden in het zich toen ontwikkelende circuit van internationale baanwedstrijden. Ze werden aanvankelijk aangeduid als Noor(d)se schaatsen, maar toen Nederlandse fabrikanten de constructie imiteerden door metalen buizen te voorzien van houten voetplaten, ontstond er in de volksmond onderscheid tussen houten en stalen noren. De voordelen van de in buizen gevatte schaatsijzers met aangeklonken schoenen waren zodanig dat ze in de kleine kring van broodrijders al snel een must have waren. Voor de gemiddelde schaatsliefhebbers waren ze echter veel te duur en dus onbereikbaar. Die moesten het daarom doen met houten noren. Dat veranderde pas in de loop van de vijftiger jaren van de 20e eeuw door de toen aanzwellende welvaartsgolf. Hieronder wordt een globaal beeld geschetst van hoe de Noorse baanschaatsen Nederlandse noren werden.


schaatsen van lassche
Afb.1: Stalen noren van Co Lassche, 1948.

Dit is een van de eerste schaatsen die onder het merk Viking zijn verkocht. Ze werden gemaakt door Co Lassche, zoon van een Noord-Hollandse koperslager, die de liefde voor het bewerken van metaal met de paplepel kreeg ingegoten en zich ontwikkelde tot een op-en-top vakman. Toen hij een jaar of achttien was maakte hij rond 1940 voor zichzelf een paar schaatsen op basis van het Noorse model van Hagen (zie Noorse baanschaatsen). Na 1945 ontwikkelde hij zijn product verder met behulp van metaalplaat (blik) dat hij verkreeg door gedropte Amerikaanse voedselblikken verknippen. De schaatsijzers maakte hij van oude ijzerzaagbladen. Hij vormde en soldeerde met zodanig vakmanschap dat hem werd aangeraden eens contact te zoeken met Jaap Havekotte, een toen verdienstelijke hardrijder, maar bovenal een rasverkoper. Begin 1948 gingen zij een samenwerkingsverband aan en samen richtten zij de nog steeds bestaande Schaatsenfabriek Viking op.

Half 1952 liep de samenwerking echter spaak. De technicus Lassche voelde zich door de koopman Havekotte onder druk gezet, waardoor er spanningen ontstonden. De heren besloten uiteindelijk ieder hun weg te gaan.  Havekotte behield de rechten op het gebruik van het merk Viking en zocht toenadering tot de Noorse Christiania Staal & Jernvarefabrik A/S, de fabrikant van o.a. Ving schaatsen. Deze leverde hem enige tijd noren met de naam 'Viking ABC' op de voetplaten. Lassche ging onder eigen naam verder in de werkplaats onder zijn woning in Durgerdam. Hij richtte zich op een aantal grote afnemers, waarvoor hij onder verschillende fantasiemerken schaatsen produceerde.


Hieronder worden de merken getoond die beiden direct na de breuk op hun schaatsen (lieten) zetten.

merk lassche
Afb.2: Lassche zette zijn eigen naam op de voetplaat met als modelnaam 'Original'. Enige tijd later verving hij Lassche door Hjälmar en voegde 'Grudsal toe om het allemaal wat Noorser te laten klinken. (Zie detail 2.) Grudsal was een anagram op basis van Lassche en Durgerdam.
merk viking
Afb.3: In de Ving-fabriek werden de schaatsen voor Havekotte van het ABC-merk voorzien.

Na enige tijd wist Havekotte in een Amsterdamse werkplaats weer een eigen productie op gang te brengen. Hij had het zwaar te verduren tegenover de goede kwaliteit van de Lassche schaatsen, maar ook de door de Ving-fabriek zelf op de markt gebrachte schaatsen van het model Ballangrud en een groot merk als Adidas zorgden voor een moeilijke markt. Maar langzaam maar zeker groeide de Viking-fabriek uit zijn jasje en tot tweemaal toe moest een groter pand worden betrokken. Het bedrijf speelde en speelt nog steeds een hoofdrol bij de ontwikkelingen rond de klapschaatsen en de daarmee samenhangende innovaties voor nog snellere tijden en nog nauwkeuriger tijdmetingen.

klapschaats
Afb. 4: Nederlandse klapschaats, circa 1995.

De huidige noren zijn verkrijgbaar in tal van uitvoeringen, afhankelijk van de wensen van de koper en zijn budget. Met name gaat het dan om de hoogte van de schoenzolen boven het ijs (laag, middelhoog, hoog en extra hoog) en de uitvoering van de schoen (traditioneel, thermisch vervormbaar, schalen, integraal, enz.).

Hierna worden nog enkele modellen getoond, die vanuit constructief-historisch oogpunt interessant zijn.

schaatsen met T-ijzer
Afb.5: Lage noren, voorzien van een T-vormig schaatsijzer (detail 3) en aangeklonken schoenen. Een goedkope productiemethode.

Fabricaat: Jan Nijdam, Akkrum, ca. 1950.
Merk: NSA (afkorting van Nijdam Schaatsen Akkrum); model Meteor Junior (zie details 4, 5 en 6).
Technische gegevens: totale lengte: 35 cm; hoogte boven ijs: 5,5 cm; voetstapel: 25 lang x 6 cm breed; schaatsijzers: 22 mm hoog, 1 mm dik; gewicht: 590 g inclusief schoen.

schaats met kunststof voetsapel
Afb.6: Laag model met een voetstapel van kunststof en aangeklonken schoen. Deze schaats heeft veel weg van de traditionele Friese (houten) Noren.

Fabricaat: Zandstra, Joure, circa 1995.
Merk: zie foto hierboven; model Nylon Noor.
Technische gegevens: totale lengte: 46 cm; hoogte boven ijs: 5 ,5 cm; voetstapel: 29 cm lang x 8 cm breed cm; schaatsijzers: 17 mm hoog, 1,5 mm dik; gewicht: 800 g inclusief schoen.

schaatsen met in alle richtingen verstelbare schaatsijzers
Afb.7: Geheel modulair opgebouwde schaatsen. Hierdoor kunnen de ijzers van deze schaatsen uiterst nauwkeurig in hoogte en zowel in langs- als dwarsrichting naar de persoonlijke smaak worden afgesteld (zie detail 7). Voor zover bekend is deze schaats nooit in productie genomen.

Ontwerper: Ben van Ingen, ca. 2007.
Merk: Schreuders Sport, Leerdam.
Technische gegevens: niet beschikbaar.

vroege stalen noor
Afb.8: Geheel metalen zeer lage schaatsen van het Noorse model met aangeklonken leren banden voor het onderbinden. Eenvoudig model waarbij de voetplaten niet, zoals gebruikelijk, op 'potjes' staan (detail 8).

Fabricaat: Fa. L. Planting & Zonen, IJlst, ca. 1950.
Merk: De Valk, IJlst (zie detail 9).
Technische gegevens: totale lengte x hoogte: 44 x 3,5 cm; voetstapel: lengte x breedte x hoogte: 29 x 7,5 x 3,5 cm; schaatsijzers: hoogte x dikte: 12 x 1,5 mm; gewicht: 370 g.


Verschillende fabrikanten boden onderdelenpakketten aan om van traditionele Noorse modellen een klapschaats te maken. Ze waren in verscheidene uitvoeringen verkrijgbaar.

ombouwset van raps
Afb.9: Ombouwset van Raps, Almelo, ca. 2000.
ombouwset van viking
Afb.10: Ombouwset van Viking, Almere, ca. 2000.